De nieuwe orders voor Amerikaanse productiegoederen zijn in mei onverwacht gedaald, terwijl de bedrijfsuitgaven voor apparatuur zwakker leken dan aanvankelijk gedacht, zo bleek woensdag uit overheidsgegevens.

De fabrieksorders daalden met 0,5% na een stijging van 0,4% in april, aldus het Census Bureau van het Commerce Department. Economen gepolst door Reuters hadden voorspeld dat de fabrieksorders met 0,2% zouden stijgen.

De verwerkende industrie, die goed is voor 10,3% van de Amerikaanse economie, staat onder druk door hogere rentetarieven en een afnemende vraag naar goederen. Uit overheidsgegevens van vorige week bleek dat de verwerkende industrie in het eerste kwartaal met 4,3% op jaarbasis is gekrompen.

Uit een enquête van het Institute for Supply Management bleek woensdag dat de PMI voor de verwerkende industrie in juni verder was gedaald, waarbij het ISM fabrikanten beschreef als "onwillig om te investeren in kapitaal en voorraden vanwege het huidige monetaire beleid en andere omstandigheden".

De Federal Reserve heeft sinds juli vorig jaar haar dagrente in de huidige bandbreedte van 5,25%-5,50% gehouden. De Amerikaanse centrale bank heeft haar beleidsrente sinds 2022 met 525 basispunten verhoogd om de hoge inflatie te beteugelen.

Orders voor machines daalden in mei met 0,5%. Er waren ook dalingen in orders voor elektrische apparatuur, apparaten en componenten en primaire metalen. De orders voor transportmiddelen stegen, net als die voor gefabriceerde metaalproducten.

De zendingen van geproduceerde goederen daalden met 0,7%, terwijl de voorraden met 0,2 stegen. Onvervulde orders bij fabrieken stegen met 0,2%.

De overheid bevestigde ook dat de orders voor niet-defensie kapitaalgoederen exclusief vliegtuigen, die worden gezien als een maatstaf voor de bedrijfsbestedingsplannen voor apparatuur, in mei met 0,6% zijn gedaald, zoals vorige maand gemeld.

Maar de zendingen van deze zogenaamde kernkapitaalgoederen daalden met 0,6% in plaats van de eerder gemelde 0,5%.

De orders voor niet-defense kapitaalgoederen daalden met 1,0%, in plaats van de aanvankelijk gerapporteerde 0,9%. De zendingen van deze goederen daalden met 1,6% in plaats van de vorige week gemelde 1,5%.

Deze zendingen worden meegenomen in de berekening van de component bedrijfsuitgaven voor apparatuur in het bruto binnenlands product rapport. De bedrijfsuitgaven voor apparatuur veerden in het eerste kwartaal licht op na twee kwartalen op rij te zijn gedaald. (Verslaggeving door Lucia Mutikani; Bewerking door Paul Simao)