Het Britse pond was dinsdag zachter ten opzichte van de dollar, maar was niet ver verwijderd van het hoogste punt dat eind vorig jaar werd bereikt, toen werd verwacht dat de Bank of England de rente later zou verlagen dan de Federal Reserve.

Het pond noteerde het laatst 0,25% lager ten opzichte van de dollar op $1,2718. Het bereikte zijn hoogste niveau sinds augustus op 28 dec. vorig jaar op $1,2825.

"De ultieme test is of de markt gelijk heeft in haar veronderstelling dat de Bank of England de rente dit jaar vijf keer zal verlagen," zei Kamal Sharma, senior G10 rentestrateeg bij Bank of America.

"De huisvisie is geen renteverlagingen dit jaar, maar het risico bestaat dat de versoepelingscyclus in de tweede helft van het jaar begint."

De markten verwachten momenteel dat de BoE tegen de bijeenkomst in mei zal beginnen met het verlagen van de rente, terwijl de Fed daarentegen naar verwachting al in maart zal beginnen met het versoepelen van het beleid, omdat de inflatie in het VK lager is.

De consumentenprijsinflatie bedroeg in november 3,9% in het VK, de hoogste in de G7-groep van landen, hoewel dat lager is dan de piek van 11,1% in november 2022.

Uit een enquête van vorige week bleek dat de Britse economie 2023 op een sterkere basis eindigde dan eerder werd gedacht, het laatste teken dat de verkrappingscyclus van de BoE tot nu toe misschien geen recessie zal uitlokken.

Later deze week wordt het Britse bruto binnenlands product (BBP) verwacht, dat verdere aanwijzingen kan geven over hoe robuust de economie is en met hoeveel de BoE het beleid dit jaar zou kunnen versoepelen.

Charu Chanana, hoofd FX-strategie bij Saxo, zei dat de havikistische houding van de BoE en de Europese Centrale Bank in twijfel kan worden getrokken als de economische cijfers in het eerste kwartaal verzwakken.

"Dit zou de EUR en GBP onder druk kunnen zetten, vooral als de markten de renteverlagingsverwachtingen voor deze centrale banken naar voren schuiven," zei Chanana.

Het pond daalde met 0,1% naar 85,99 pence per euro, na eerder een hoogste punt van drieënhalve week te hebben bereikt.