Het voorgestelde noodinstrument voor de interne markt is een reactie op knelpunten in de bevoorrading als gevolg van de COVID-19 pandemie en de Russische invasie in Oekraïne, en sluit aan bij soortgelijke maatregelen van de Verenigde Staten en Japan.

Het voorstel zal naar verwachting veel weerstand oproepen van bedrijven en sommige EU-landen, die vrezen dat dit neerkomt op een te grote reikwijdte van de uitvoerende Commissie van de EU.

De ontwerpregels geven de Commissie de bevoegdheid om de EU-lidstaten op te dragen om de toeleveringsketens te reorganiseren en de leveringen van crisisgoederen zo snel mogelijk te verhogen, inclusief het uitbreiden of hergebruiken van bestaande of het opzetten van nieuwe productiecapaciteiten en het op de markt brengen van crisisgoederen.

Bedrijven zouden verplicht kunnen worden om voorrang te geven aan de productie van bepaalde kritieke goederen.

Critici zeggen dat de regels rieken naar staatskapitalisme zoals in China en dat ze contractuele verplichtingen van bedrijven kunnen schenden en bedrijfsgeheimen kunnen onthullen.

Bedrijven die onjuiste of misleidende informatie verstrekken, riskeren boetes tot 300.000 euro (299.220 dollar), terwijl bedrijven die niet voldoen aan een bevel om prioriteit te geven aan belangrijke producten, een dagelijkse dwangsom van 1,5% van de gemiddelde dagomzet opgelegd kunnen krijgen.

($1 = 1,0026 euro)