Enkele van de belangrijkste uitdagingen voor de nieuwe president zijn het verlagen van de hoge brandstof- en voedselprijzen in de meest dominante economie van Oost-Afrika, en het aanpakken van subsidiemaatregelen waarvoor beleidsmakers waarschuwen dat ze de schatkist van het land kunnen legen.
Ruto zei in een toespraak na zijn beëdiging op dinsdag dat subsidies duur zijn en vatbaar zijn voor misbruik, onder meer door kunstmatige tekorten te veroorzaken van de producten die worden gesubsidieerd.
Woensdag laat stelde de Energy and Petroleum Regulatory Authority nieuwe, hogere brandstofprijzen vast voor benzine, diesel en kerosine, die veel huishoudens gebruiken om te koken.
Benzine steeg met 13%, diesel met 18% en kerosine met 16% ten opzichte van een maand eerder.
De toezichthouder schrapte de subsidie op benzine, maar behield deze op zowel diesel als kerosine, omdat de prijzen daarvan nog verder hadden kunnen stijgen.
Analisten zeiden dat de nieuwe prijsstijgingen de inflatie waarschijnlijk nog verder zouden opdrijven, na het hoogste punt in vijf jaar van 8,5% in augustus.
Net als in andere delen van de wereld is de Keniaanse inflatie versneld, voornamelijk als gevolg van het domino-effect van de stijging van de prijzen van ruwe olie. Begin 2022 bedroeg de inflatie ongeveer 5%.
In juni zei het ministerie van Financiën dat Kenia zonder fondsen zou kunnen komen te zitten om de brandstofkosten te subsidiëren als de prijzen blijven stijgen, waardoor de overheidsschuld naar een onhoudbaar niveau zou stijgen.
"De huidige regering zit tussen twee vuren", aldus Aly-Khan Satchu, economisch analist en CEO van beleggingsadviseur Rich Management.
"Wat we hier zien is dat ze, in plaats van alle subsidies in één keer op te heffen, dat op een meer gefaseerde manier doen."
