De aankondiging was de laatste mijlpaal in het plan van de regering om langs elke Amerikaanse kustlijn windturbines te plaatsen om fossiele brandstoffen voor energieopwekking te helpen vervangen en klimaatverandering tegen te gaan.
In een verklaring zei het U.S. Bureau of Ocean Energy Management dat het een periode van 45 dagen zou beginnen voor publieke opmerkingen over het gebied, dat voor de kust van Massachusetts, New Hampshire en Maine ligt.
Het definitieve "oproepgebied" werd vastgesteld na feedback van stammen, staten, het ministerie van Defensie, de visserij- en scheepvaartsector en het publiek. Het is bijna 30% kleiner dan het gebied dat de BOEM vorig jaar in een eerste "Request for Interest" had aangewezen.
Een zeegebied dat zowel door Canada als de Verenigde Staten wordt opgeëist en een gebied binnen de Georges Bank, een visbank die de Golf van Maine scheidt van de Atlantische Oceaan, werden beide uit de overweging verwijderd.
Op basis van de ontvangen informatie zal de BOEM het gebied waarschijnlijk opnieuw indelen in "windenergiegebieden" die later dit jaar zullen worden aangewezen. Na verder publiek commentaar kan het agentschap besluiten door te gaan met leasing in die gebieden.
Energiebedrijven zoals het in Orange, Connecticut gevestigde Avangrid Inc, het Franse TotalEnergies SE en het Duitse RWE AG hebben volgens het BOEM belangstelling getoond voor de ontwikkeling van offshore windenergie in de Golf van Maine.
Windturbines die op het oceaanoppervlak drijven, een opkomende technologie, zouden nodig zijn voor projecten in de Golf van Maine omdat de diepte van het water het gebruik van standaard, vaste apparatuur uitsluit.
Vorig jaar stelde de regering zich ten doel om tegen 2035 5 miljoen huizen van stroom te voorzien met drijvende offshore-windenergie.
