De Nederlandse fabrikant van computerchips ASML mag sollicitanten weigeren op basis van hun nationaliteit als de Amerikaanse exportregels dat vereisen, zo heeft een Nederlands mensenrechtenorgaan vastgesteld.

De beslissing van het Nederlandse Instituut voor Mensenrechten bevestigt dat ASML sollicitanten uit Iran, Syrië, Cuba en Noord-Korea die toegang zouden kunnen hebben tot gevoelige Amerikaanse technologie, mag weigeren, ook al is het hiertoe niet verplicht door de Nederlandse wet.

ASML, gevestigd in Veldhoven, Nederland, heeft aanzienlijke activiteiten in de VS en maakt apparatuur die gebruikt wordt bij de productie van halfgeleiders. "Regelgeving die is uitgevaardigd door de Amerikaanse autoriteiten heeft soms effect buiten het grondgebied van de VS," zei het instituut, dat toezicht houdt op discriminatieklachten in Nederland, in een samenvatting van haar uitspraak van 16 juni.

De U.S. Export Administration Regulations (EAR) "hoewel niet afkomstig van de Nederlandse wetgever, zijn wel degelijk bindend voor ASML," zei het instituut.

Een in Rotterdam gevestigde antidiscriminatie stichting had een klacht ingediend over de aanwervingspraktijken van ASML, met als argument dat de Nederlandse wet discriminatie op basis van nationaliteit niet toestaat.

Het bedrijf had aangevoerd dat het overtreden van de Amerikaanse regelgeving zou leiden tot het risico van Amerikaanse sancties die "de activiteiten tot stilstand zouden kunnen brengen", aldus het besluit. ASML zei maandag in een reactie dat het "blij was met de positieve uitkomst". In het besluit beschreef het instituut een stroomschema dat ASML had ingediend als bewijs dat aantoont dat het bedrijf routinematig controleert of werknemers werk uitvoeren dat als relevant voor de EAR-regels kan worden beschouwd.

Als dat het geval is, dan moet de werknemer de nationaliteit of permanente verblijfplaats hebben in een land dat niet in een van de landengroepen D:1, E:1 of E:2 van het Amerikaanse Ministerie van Handel valt.

Deze categorieën omvatten Iran, Syrië, Noord-Korea en Cuba, maar ook ongeveer 20 andere landen die als een bedreiging voor de nationale veiligheid van de VS worden beschouwd, waaronder China en Rusland. (Verslaggeving door Toby Sterling in Amsterdam Redactie door Matthew Lewis)