Uit gegevens die woensdag door de Europese toezichthouder, de European Securities and Markets Authority (ESMA), zijn gepubliceerd, blijkt dat het trio goed is voor meer dan 90% van alle betaalde "aangevraagde" ratings, die variëren van staatsobligaties tot bedrijfsschulden en gestructureerde financieringen.

Uit de uitsplitsing bleek dat het aandeel van S&P en Moody's beide fractioneel was gedaald van respectievelijk 50,1% en 32,8% naar respectievelijk 48,6% en 31,5%, terwijl nummer drie Fitch zijn aandeel zag toenemen van 10% naar 10,2%.

Ondanks pogingen van Brussel om meer concurrentie te stimuleren na de wereldwijde financiële crash en de schuldencrisis in de eurozone, zijn de cijfers de afgelopen tien jaar nauwelijks veranderd.

Het aantal geregistreerde ratingbureaus in de Europese Economische Ruimte (EER30) met 30 landen, waarop de gegevens van de ESMA betrekking hebben, begint weer toe te nemen, maar het aantal van 21 is nog steeds lager dan de 25 in 2020.

Er is echter ook andere vooruitgang geboekt. Vorige maand kondigde de Europese Centrale Bank aan dat ze het in Berlijn gevestigde Scope, dat een aandeel van minder dan 2% in de ratingmarkt heeft, binnenkort zal toevoegen aan het handjevol bedrijven dat ze gebruikt om de waarde van onderpand te beoordelen.