Het pond steeg met 0,15% ten opzichte van de dollar naar $1,2735, waarmee het een deel van zijn verlies van 0,83% van de week ervoor goedmaakte, de grootste wekelijkse daling van de valuta sinds medio mei.
Het verstevigde ook ten opzichte van de euro, die 0,13% lager stond op 85,54 pence, nadat zwakke Duitse cijfers over het ondernemersvertrouwen druk uitoefenden op de Europese gemeenschappelijke munt.
De bewegingen van het Britse pond op maandag stonden in de schaduw van de groter dan verwachte renteverhoging van 50 basispunten door de Bank of England, waardoor de marktprijzen voor de piek van de belangrijkste Britse rente boven de 6% kwamen, wat een verdere verkrapping van meer dan 100 basispunten impliceert.
Daarentegen verwachten de markten dat andere grote centrale banken dichtbij of zelfs op hun rentepieken zullen zitten.
Handelaren proberen in te schatten of dit een sterker pond zou moeten betekenen - gewoonlijk profiteren valuta's van hogere rentetarieven in vergelijking met andere valuta's - of dat de gevolgen voor de economische groei in Groot-Brittannië betekenen dat het pond zal verzwakken.
"De prijsactie wijst erop dat (sterling) zich op een buigpunt bevindt waarop verdere renteverhogingen niet langer bullish zijn voor de valuta," zeiden analisten van BNP Paribas in een notitie.
Het pond bereikte ook een nieuw hoogste punt in zeven-en-een-half jaar ten opzichte van de onder druk staande Japanse yen, tot 182,98 yen, voordat het zich terugtrok nadat de hoogste valutadiplomaat van Japan de waarschuwingen tegen de recente verzwakking van de yen opvoerde.
De toespraken van verschillende beleidsmakers van de BOE zullen deze week nauwlettend in de gaten worden gehouden, met name gouverneur Andrew Bailey die woensdag spreekt in een panel met top centrale bankiers van de Europese Centrale Bank, Federal Reserve en Bank of Japan.
