Hoewel de geschiedenis zich niet noodzakelijk op dezelfde manier herhaalt, is ze een waardevolle gids om de huidige tektoniek en de mogelijke implicaties ervan te begrijpen. Zo vindt de huidige stijging in de VS sinds oktober zijn oorsprong zowel in macro-economische (monetair beleid, inflatie) als micro-economische componenten (AI, NVDA en consorten). Al maandenlang blazen de statistieken noch te heet, noch te koud. Een Goudlokje-scenario dus. Helaas tonen eerdere episodes aan dat een dergelijke omgeving niet eeuwig duurt en dat het einde niet altijd is zoals verwacht.

Twee mogelijke scenario's

In 2000 en 2007 was de groeivertraging zodanig dat de risico's van een harde landing van de Amerikaanse economie toenamen. Slecht nieuws, dat tot dan toe positief werd geïnterpreteerd in het licht van het Goudlokje-scenario, werd weer intrinsiek slecht nieuws, wat leidde tot een daling van de aandelenmarkten. Als reactie op het recessierisico begon de Fed met een reeks renteverlagingen om de schok te verzachten. De sleutelvraag is of het huidige renteniveau in de VS restrictief genoeg is om de groei niet te veel te drukken, terwijl het voldoende is om de inflatie richting 2 % te brengen. Voorlopig blijft het debat open, hoewel sommige actoren denken dat het evenwichtsniveau zeker hoger ligt dan de Fed denkt. Met andere woorden, de groei zal wat vertragen, maar de inflatie blijft langdurig hoog, waardoor de Fed niet in staat is de rente te verlagen.

Erger nog, naarmate de economie groeit, versnelt de inflatie opnieuw, zoals in de jaren '70, toen meerdere renteverhogingscycli nodig waren om de prijsstijgingen duurzaam te beteugelen.

Recente statistieken tonen inderdaad een daling van de inflatie en een economische vertraging (bbp lager dan verwacht, dalende PMI-indices en detailhandelsverkopen), maar tot nu toe is niets belangrijk genoeg om de stijgende trend en het bijbehorende verhaal te ontsporen. Het zal waarschijnlijk nog enkele maanden duren – en extra macro-economische gegevens – om meer duidelijkheid te krijgen en een scenario meer geloofwaardigheid te geven dan een ander.

Ondertussen is het rendement op het Amerikaanse staatspapier op 10 jaar hersteld dankzij de steun op 4,33 %, maar moet het de 4,51 % overschrijden om de toppen van april op 4,74 % opnieuw aan te vallen. Tegelijkertijd is de Duitse bund goed hersteld op 2,39 % en kan het papier zijn opwaartse traject sinds december 2023 behouden.