Alimera Sciences, Inc. kondigde aan dat post-hoc analyses van de PALADIN Fase 4 Veiligheidsstudie aantonen dat de mediane behandelingsfrequentie bij diabetisch maculair oedeem (DME) patiënten behandeld met ILUVIEN (fluocinolone acetonide intravitreaal implantaat) 0,19 mg lager was dan bij patiënten met andere regimes. ILUVIEN biedt DME-patiënten een continue therapie gedurende maximaal 36 maanden. Als onderdeel van het PALADIN fase 4 onderzoek probeerden de onderzoekers de behandelingen te kwantificeren die nodig waren voor de ogen voorafgaand aan ILUVIEN en na injectie van ILUVIEN.

De behandeling met ILUVIEN verminderde het aantal ogen dat anti-VEGF, corticosteroïden en lasertherapie nodig had aanzienlijk en verminderde het totale aantal toegediende behandelingen met 46%. 25% van de ogen bleef gedurende 36 maanden vrij van aanvullende behandelingen. Ook van belang zijn de gegevens uit fase 4 van PALADIN die aantonen dat ILUVIEN-patiënten gemiddeld een verbetering van de gezichtsscherpte, een significante afname van de dikte van het netvlies en een voorspelbaar en beheersbaar veiligheidsprofiel hadden gedurende 36 maanden.

In combinatie met het bewijs uit eerdere studies ondersteunen de gegevens uit het PALADIN-onderzoek de waarde van ILUVIEN als duurzame behandeling tegen DME. ILUVIEN is een intravitreaal implantaat met aanhoudende afgifte dat in de Verenigde Staten is geïndiceerd voor de behandeling van diabetisch maculair oedeem (DME) bij patiënten die eerder zijn behandeld met een corticosteroïdenkuur en bij wie geen klinisch significante stijging van de intraoculaire druk optrad.