De waardering van Worldline daalde gisteren met 59 % als gevolg van neerwaarts bijgestelde winstverwachtingen. De herziening is echter niet dramatisch: de groei zou dit jaar 6 % à 7 % moeten bedragen, waar eerder werd uitgegaan van 8 % tot 10 %. Er zijn ergere tegenvallers geweest.

Reageert de markt overdreven? Een aanpassing van de waardering is logisch, maar de mate waarin dit gebeurde is dat allicht minder. De fundamenten van het bedrijf zijn immers vrij goed: Worldline heeft, laten we niet vergeten, zijn omzet en contante winst voor overnames in de afgelopen acht jaar verviervoudigd.

Deze opmerkelijke groei is te danken aan een reeks overnames - dat is de regel in deze sector - die goed geïntegreerd lijken te zijn, aangezien de operationele marge van de groep op een hoog niveau blijft. Bij die transacties denken we uiteraard aan de overname van Ingenico in 2020.

Daarentegen is de winstgevendheid de afgelopen jaren sterk gedaald en was deze zeer teleurstellend in het vorige boekjaar (2022) - net als voor de hele sector, inclusief de wereldleider Fiserv. Dat geldt ook voor Paypal.

Het is ook afwachten in hoeverre Worldline in staat zal zijn om zijn marktaandeel te verdedigen zonder overnames, want daar bestaan twijfels over. Voortdurende veranderingen in de omvang daarvan kunnen de kaarten door elkaar schudden en soms de ondermaatse organische prestaties van de activiteit verbergen.

Het is niet ondenkbaar dat dit risico heeft bijgedragen aan de val van gisteren, als een etterbuil die dreigde te barsten. Echter, met een koers van 9,4 EUR per aandeel schommelt de ondernemingswaarde van Worldline – de marktkapitalisatie op een verwaterde basis plus de nettoschuld - nu rond de 5 miljard EUR, wat minder is dan tien keer de vrije kasstroom voor overnames.